Kennisupdate kinderalimentatie

Sinds april 2013 wordt kinderalimentatie berekend aan de hand van een draagkrachtformule, waarin aan de hand van een aantal forfaitaire bedragen de draagkracht van een onderhoudsplichtige ouder berekend wordt. Er wordt dus niet meer gekeken naar iemands daadwerkelijke lasten. In het geval dat toepassing van de formule leidt tot een voor de alimentatieplichtige ouder onaanvaardbare situatie (bijvoorbeeld: hij kan niet meer in zijn eigen primaire levensbehoefte voorzien bij betaling van de uit de formule volgende alimentatie), dan kan de alimentatieplichtige een beroep doen op de zogeheten aanvaardbaarheidstoets. Maar wat nu als toepassing van de formule leidt tot een voor de alimentatiegerechtigde ouder onaanvaardbare situatie (bijvoorbeeld: op basis van de formule kan geen alimentatie betaald worden, terwijl, uitgaande van de daadwerkelijke, lagere, lasten van de onderhoudsplichtige er wel alimentatie betaald zou kunnen worden). Kan er dan ook een beroep gedaan worden op de aanvaardbaarheidstoets?

Uit recente rechtspraak blijkt dat in zo'n geval de onderhoudsgerechtigde ouder geen beroep kan doen op deze aanvaardbaarheidstoets; een beroep op deze aanvaardbaarheidstoets is enkel voorbehouden aan de alimentatieplichtige ouder.

Echter, uit recente rechtspraak blijkt ook dat een en ander niet betekent dat er geen correctie kan plaatsvinden indien de forfaitaire utikomst van de berekening een onaanvaardbare uitkomst kent. Zo'n correctie is wel degelijk mogelijk.

Een aantal gerechtshoven vindt namelijk dat bij het beoordelen van een alimentatieverzoek nog immer (ondanks de introductie van de draagkrachtformule) rekening gehouden dient te worden met alle relevante feiten en omstandigheden van het geval. Meerdere gerechtshoven hebben dan ook al overwogen dat gelet op het belang van het kind bij een onderhoudsbijdrage, de draagkracht van beide ouders zoveel als mogelijk gemaximaliseerd dient te worden. Een en ander tot gevolg hebbende dat de formule gecorrigeerd dient te worden, bijvoorbeeld door uit te gaan van iemans daadwerkelijke lagere woonlasten in plaats van de forfaitaire woonlast, volgend uit de formule.

Conclusie:   als alimentatiegerechtigde heb je wel degelijk mogelijkheden om te protesteren tegen een mogelijk onaanvaardbare uitkomst van een forfaitaire kinderalimentatieberekening. Je dient zo'n verweer echter wel juist in te kleden!